~~ geschreven door Ilse Bostyn / foto’s Ilse Bostyn / met dank aan Nic Van Renterghem en Guido Tack

In Ename stond een molen. Een houten korenwindmolen. Hij stond eenzaam in de velden langs de weg naar Oudenaarde. Hoog op een terp. Een opvallende aanwezigheid in het landschap, zeker in de 19de eeuw en eerder, toen er nauwelijks huizen langs deze weg stonden. Om de molen heen waren alleen maar velden en weiden. Wanneer men vanuit Ename, Volkegem of Oudenaarde richting de molen liep, dan zag men deze al van ver staan.
Bij de molenaar was het druk. Naast alle verantwoordelijkheid voor het goed werken met en van de molen, moest er veel graan gemalen worden. Want de landbouw in Ename spitste zich voor een groot deel toe op de teelt van diverse graansoorten. In het begin van de 18de eeuw waren dat granen als tarwe, rogge, haver en masteluin (een mengkoren van rogge en tarwe). Eén en al bedrijvigheid rond de molen dus! Er gold dan ook een gouden regel: wie eerst komt, eerst maalt.
Niet iedere dorpsbewoner van nu weet nog waar die molen precies stond. Misschien kan de Popp-kadasterkaart (1842-1852) daarin wat duidelijkheid geven. De molen lag best nog een stukje van de dorpskern af. Ergens tussenin het Enameplein en de Rekkemstraat (iets voorbij het midden), op het stuk grond waar nu (ongeveer) de huizen met adres Martijn van Torhoutstraat nrs. 69 en 71 staan. Hoewel een recentere kaart de molen iets meer achteruitgeschoven plaatst, namelijk in de nieuwbouwwijk waar nu de straat Hongerije is. Het officiële kadasteradres van de molen was perceel A70. Ik heb een uitsnede van de Popp-kadasterkaart hier bijgevoegd en erop aangeduid waar de molen stond.

Detail Popp-kaart van Ename met dorpskern en Hongerijemolen – afbeelding kadasterkaart Popp
Onze molen in filmbeelden
Tijdens de laatste weken van de Eerste Wereldoorlog werden veel foto’s en filmbeelden gemaakt van onze verwoeste streek. Oudenaarde en de dorpen langs de Schelde kregen het zwaar te verduren. Monumenten, landerijen en vele woningen werden gebombardeerd, mensen kwamen om. Zo stierf mijn overgrootmoeder Maria Justina Sidonia Audooren tijdens een bombardement op Ename. Zij bracht haar kinderen naar de kelder, maar redde het niet om daar zelf ook op tijd dekking te vinden. Een drama geschiedde. Overgrootvader was reeds in 1914 gestorven. Zij hadden 9 kinderen waarvan zij er 2 veel te vroeg verloren. Eén van hun zonen was mijn grootvader René Bostyn. René was beroepsmilitair en tijdens WO1 zelf actief aan het front en in de medische eenheden.

Mijn overgrootouders Hendrik Bostyn, geboren in 1857 en gestorven in 1914, en Maria Justina Sidonia Audooren, geboren in 1860 en overleden in 1918.
Zij kregen 9 kinderen waaronder mijn grootvader René Bostyn.
De Amerikaanse soldaten van de 37th en 91th division maakten deel uit van de geallieerde bevrijders in onze streek. Onderstaande filmbeelden zijn gemaakt door het Amerikaanse leger en tonen beelden van Oudenaarde en de streek. Van 11’13” tot 11’21” kan je de Hongerijemolen van Ename zien. Een groep soldaten trekt voorbij, de Sint-Walburgakerk van Oudenaarde is op de achtergrond te zien.
Filmbeelden: Ypres-Lys Operation, October 30 – November 4, 1918, 91st Division – bron: US National Archives
Hongerije
De molen van Ename droeg de naam van het stuk land waarop hij stond: Hongerije. Een naam die stamt uit het Picardische woord ‘hongre’ en dat betekent ‘gesneden hengst of ruin’. In 1347 wordt al naar dit blok percelen verwezen als ‘ongherie’. Het was hoogstwaarschijnlijk de plek waar trekpaarden en misschien ook strijdrossen gekweekt werden. Het is mogelijk dat dit al tijdens de vroege Middeleeuwen zo was. Toen was Ename een markgraafschap met een castrum (legerplaats met woon- en handelsfaciliteiten) en een portus (haven).
Veel later in de tijd werd bij de molen, aan de overkant van de weg, een herberg gebouwd die oudere Enamenaars nog goed kennen onder de naam ‘Het Molenhuis’. Deze zie je deels op de eerste foto in dit artikel.
Een houten korenwindmolen
De ‘Hongry’ of Hongrymolen of Hongerijemolen was een houten korenwindmolen met open voet. Men noemt zo’n type molen een staakmolen.
De molen zoals we hem op de foto zien is echter niet dezelfde als de molen die vóór 1753 gebouwd werd in het weiland dat toen Hongry genoemd werd en op zo’n 700 meter ten zuidwesten van de Sint-Laurentiuskerk ligt. Dat was ook een houten graanwindmolen. Hij was in het bezit van de Sint-Salvatorabdij van Ename. We weten dat bij het verdwijnen van de abdij ook haar bezittingen verbeurd verklaard en verkocht werden. Meer informatie over de Sint-Salvatorabdij vind u onder Sint-Salvatorabdij.
De oude molen werd in 1824 vervangen door een molen die werd overgebracht vanuit Oudenaarde. Dat is de molen die we zien op de foto. De Hongrymolen werd jammer genoeg in 1930 gesloopt. De laatste molenaar zou Armand Dulieu geweest zijn.
De eigenaars van de molen na 1830 zijn geweest:
– vóór 1834: Pieter Francies Rullens, brouwer te Ename
– 1843: August Rullens
– 1854: Gustaaf Rullens
– 1901: Justine De Graeve
– 1927: de weduwe van Pieter De Graeve (Berq)
– 1930: sloop van de molen
Het einde van de Hongerijemolen
In 1930 werd de Hongerijemolen gesloopt en helaas is onze Enaamse windkorenmolen nooit meer herbouwd. De oude gekasseide Aalststraat moest aangepast worden. Paard en kar verdwenen uit het straatbeeld, koning Auto won terrein en de weg werd alsmaar drukker. Men ging uiteindelijk de weg verbreden en asfalteren. Oude huizen werden afgebroken, nieuwbouw verrees. Waar de molen had gestaan, op de Hongerije, was nog lange tijd een veld, maar dat moest ook wijken voor de bouw van een grote nieuwbouwwijk met sociale woningbouw.
Plaats voor een molen was er niet meer. Hoogstwaarschijnlijk zag men er ook het nut niet meer van in om de molen te herbouwen want de tijd waarin graanwindmolens een vitale rol speelden in het leven van elke dag was voorbij. Ook in de dorpen rondom verdwenen vele molens. Zo was er de molen op de Schatakker, op de grens van Nederename en Ename, die in 1926 verdween en de molen Ter Cruysse in Mater die in 1932 verdween.
Toch zou het mooi geweest zijn indien daar aan de nu zo drukke doorgaande weg nog een oude windmolen had gestaan. Met sierlijke, hoge wieken die zoevend ronddraaien, zoals ze dat eeuwenlang hebben gedaan. Trots en standvastig, een herinnering aan een tijd waarin de windmolens visuele bakens en herkenningspunten waren in het landschap, een tijd waarin ze een cruciale rol speelden in de akkerbouweconomie. Een tijd waarin het leven een ander tempo had.
In Ename heeft het niet zo mogen zijn. In andere dorpen gelukkig wel. Zoals in Mater waar de Tissenhovemolen al eeuwenlang hoog op zijn heuvel over het landschap uitkijkt. Een plek waar het heerlijk is om even te vertoeven, te mijmeren en te genieten van onze prachtige Vlaamse Ardennen.

Ontdek meer van Ename, mijn dorp.
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.